“Onmeunig mooi um te doon”. Met deze woorden reageerde Gert-Jan Roesthuis op zijn triomf als winnaar van de vierde editie van het Twents Songfestival. Met het liedje ‘Sol hé’ stal hij niet alleen de harten van de jury, maar ook van het publiek. De ruim 500 toeschouwers mochten hun stem uitbrengen op het in hun ogen mooiste liedje tijdens het Twents Songfestival. Het gaf de jury, onder leiding van Monique Sleiderink, het beslissende zetje om hun keuze op deze winnaar te bepalen. “Deze editie was voor ons als jury echt een hele pittige, want geen van de kandidaten stak er met kop en schouders bovenuit.
Het lag allemaal zo dicht bij elkaar,” deelt Monique Sleiderink de welgemeende jury-complimenten uit aan alle deelnemers, maar ook aan de kandidaten uit de voorrondes. “Met Marco Keupink en Tonnie Eshuis hebben we als jury de nodige zweetdruppels gevoeld, want het was ook voor ons echt een pittige wedstrijd. De verschillen waren vaak miniem. We hebben onze keuze gemaakt na lang wikken en wegen en na het bekend maken van de opinie van het publiek, voelden we ons gesteund door deze uitslag. Er waren zoveel genres muziek tijdens dit Twents Songfestival en hoe mooi is dat. Het is Gert-Jan Roesthuis geworden, die tijdens zijn nummer zelfs een kaarsje opstak. In ons juryberaad noemden we hem een ongepolijste diamant waar we echter in de komende jaren nog heel veel van horen,” is de stellige overtuiging van Monique Sleiderink. De winnaar mag in 2024 een optreden verzorgen bij de Zunnewende in Hellendoorn. Hij krijgt een professionele opname en treedt ook op in het Vestzaktheater in Enschede. Maar bovenal mag Gert-Jan Roesthuis trots zijn op de prachtige bokaal van glas, die ontworpen is door Desirée Groot Koerkamp. Hoe mooi is het dat ook zijn partner met hun twee jonge kinderen volop genoten van man en papa, die vol overgave het ‘Sol hé’ na de prijsuitreiking zong.
Theooooooooo
Theo Scholte Lubberink trapte het Twents Songfestival om exact 14.00 uur af. Al jaren bewijst hij dat hij de juiste man op de juiste plek is. Het lijkt bij hem allemaal vanzelf te gaan om dergelijke evenementen te presenteren. Goed ingevoerd, altijd de juiste ‘toon’ en vooral op een menselijke wijze weet hij het publiek op begrijpelijke wijze te infomeren, maar ook de deelnemers op hun gemak te stellen. Zijn vragen zorgen voor kolderieke en/of inhoudelijke reacties en maken dit evenement laagdrempelig. Theo zorgt voor het ‘Ons kent Ons gevoel’ en dat werd nog eens heel duidelijk op het moment dat de kartrekker van dit evenement, Hans Oude Breuil, hem bedankte voor zijn presentatie. Het liefst wilde de voorzitter van dit evenement ‘Theooooooooooooo’ schreeuwen. Het bleef bij een high five en een stevige handdruk, maar die gebaren zegden alles over het succes van dit vierde Twentse songfestival.
Een songfestival vol variatie
Het songfestival kende ongelooflijk veel variatie en het programma was heel goed opgebouwd. Het begon met de band ‘De Rode Beatjes’. Het zorgde voor een ‘Normaal’ gevoel met hun lied ‘Arfenis Bedarfenis’. Een lekker stel, die na hun nummer direct vertrokken naar Grollo om daar ook nog eens uit te komen in de finale van de Siepelrock. Twee finales voor deze enthousiaste band. Eén in de Siepelstad en één op Siepelrock. De zussen Fenne en Imke Toenink, beiden al eens als solist winnaar van het Twents songfestival, zongen samen ‘Wat kan ik oe haat’n’. Een herkenbaar item in gezinnen met opgroeiende zussen en broers, maar vooral een heel bijzonder en eigen geschreven nummer. Een hele mooie, melodieuze song. Daarna volgden Robyn en Martin Ankoné met hun song ‘’Mien wichtke’. Voor beiden voelde het heel bijzonder en met de wetenschap dat ook moeders kan zingen, hoopt de organisatie dat dit duo volgend jaar als trio op de planken staat. Het publiek was nauwelijks bekomen van deze eerste drie nummers of het volgende hoogtepunt kondigde zich al aan. Patrick Blauw met als artiestennaam Blauwdruk met het nummer ‘Kom d’r bie dan’ maakte veel los bij het publiek. Een rapper, die ooit in de goot belandde, maar er uit is gekomen en met dit lied bewees welke mogelijkheden hij heeft. Ee nummer dat het publiek volop in beweging kreeg. Na deze rap volgde een geheel ander genre vertolkt door Heleen Temmink. Samen met Frank Droste schreef ze het nummer ‘Ie loopt mie niks in de weg’ en met deze heerlijke Nedersaksische tekst als leidraad overtuigde ze met haar prachtige stem en heeft ze ongetwijfeld ook hoge ogen gegooid in het juryberaad. Sweet Surrender sloot het programma voor de pauze af. Op een cover van Daniël Lohues, een streektaalvirtuoos, schreven de drie dames hun eigen tekst ‘Mooie Twentse Tradities’. Een heel passend lied tijdens dit evenement om niet alleen de Nedersaksische taal te promoten, maar ook aandacht te hebben voor de vele tradities in deze regio.
Na de pauze opnieuw een band op de bühne. De verkoppige band ‘Greutz’ met het ‘Mien onmeunig mooie Twente’, een cover van Sweet Home Alabama’ zorgde er voor dat het publiek weer helemaal in de juiste sfeer werd gebracht. Hoe mooi was de bijdrage van ‘Eden’. Een duo dat bestond uit de zangeres Ellen Yland en toetsenist Denis Wolkorte. Hun nummer ‘Dom wean is nich zo slim’ zat vol met Nedersaksische woorden en uitdrukkingen, die vaak zo herkenbaar zijn. Dat gold ook voor het duo ‘Spoenk’ dat met de song ‘Boet’n op stroat’ ‘onze taal’ op prima wijze promootte. Over de winnaar Gert-Jan Roesthuis, die na ‘Spoenk’ zijn nummer bracht, is al veel verteld. “Aans dan aans’, ‘liet hij zelf weten. Als kind kon hij als geen ander Elvis Presley nadoen en dan ging hij echt helemaal uit het dak. Op vragen van presentator Theo Scholte Lubberink bleef hij kort in zijn antwoorden. Soms ook heerlijk geheimzinnig, maar als performer, zanger en tekstschrijver maakte hij, gelet op de winst, toch de meeste indruk en dat zegt genoeg over deze terechte winnaar van het Twents Songfestival. Heel bijzonder was ook de afsluiting van het trio Enig en Anders en Co. Normaal heten ze Enig en Anders en dat zijn de Ootmarsummers Hans-Jurgen Oortmann en Marcel Punt, maar met Ralph Baalhuis als toetsenist is er een mooi trio ontstaan. Ze sloten deze succesvolle editie af met het nummer ’t Muziek en dat heeft alles te maken met het 150-jarig jubileum van hun harmonie Caecilia en hoe mooi is het dan dat dit swingende nummer besloten werd met de komst van de nodige leden van de harmonie.
Passend in deze middag, die er voor zorgde dat het publiek volop genoot van de entourage, de muziek, de zang en vooral de promotie van ‘onze Nedersaksische taal’. Het kent de nodige accentverschillen, maar hoe mooi klinken de woorden in deze streektaal. Dat bewezen ook Frank Droste en Toon Lansink, die de tweede pauze opvulden met hun nummers. Zelfs een toeschouwer werd uit het publiek gehaald en dat zorgde in één van hun nummers voor ongelooflijk veel plezier. Maar hoe intens klinkt het ‘Avond’ van Boudewijn de Groot in het Nedersaksisch. Die kwam echt binnen.
Een hele crew vol met professionals en vrijwilligers
Het is destijds een zeer goede greep geweest om een band onder leiding van Hans Barkel te vragen om de artiesten te begeleiden. Licht en geluid werden geprofessionaliseerd met LT Audio onder leiding van Albert Bartelds. De catering was in handen van Gasterij Oatmössche. Er was een kinderhoek onder leiding van Marjon en Nienke en de vele vrijwilligers van het Openluchtmuseum hebben het terrein ingericht als een prachtig decor voor dit Twentse Songfestival. En dat dit evenement tot een succes gemaakt kan worden heeft ook alles te maken onder de bezielende leiding van Hans Oude Breuil van de commissie waar onder meer Mrieke Peters en Melanie Swennenhuis deel van uitmaken. Het is een hele organisatie, maar gelet op de publieke belangstelling en vooral op het enthousiasme van de toeschouwers is dit evenement niet meer weg te denken. Alle betrokkenen onderstrepen de woorden van de winnaar Gert-Jan Roesthuis: “Onmeunig mooi um te doon.”
Beluister hier het winnende lied "Sol he" van Gert-Jan Roesthuis